De relatie tussen evolutie en religie is van meet af aan vol controverse geweest. Sinds Darwin zijn er mensen geweest die evolutie als problematisch voor religie zagen, maar ook mensen die meenden dat evolutie en religie prima samengingen. Beide opties worden nog steeds verdedigd. Enerzijds zijn er atheïsten die betogen dat evolutie theïsme onwaarschijnlijk maakt (zie het Argument vanuit evolutie), anderzijds zijn er (veelal liberale) theologen en sommige natuurwetenschappen die menen dat evolutie geen bedreiging is voor theïsme.
Evolutie zelf, als wetenschappelijke discipline, is niet atheïstischer dan Newtons mechanica of Einsteins relativiteitstheorie, maar dat neemt niet weg dat evolutie grote levensbeschouwelijke implicaties heeft. Het zegt immers iets over onze plaats in de wereld en onze ontstaansgeschiedenis, twee kwesties die ooit volledig in het domein van religie lagen. Hierdoor speelt het ook een rol in de godsdienstfilosofie en kan het gebruikt worden voor kritiek op religie. Daarnaast biedt evolutie een atheïst een ontstaansverklaring; hij heeft immers geen scheppingsmythen die deze functie vervullen.
Over evolutie en de evolutietheorie
Biologische evolutie is de hoeksteen van de moderne biologie. Het verenigt alle velden van de biologie onder één theoretische paraplu. Toch zijn er helaas veel misverstanden en onduidelijkheden omtrent biologische evolutie en de evolutietheorie.
Voornamelijk onder leken en creationisten is er nogal wat onduidelijkheid over wat evolutie, biologische evolutie en de evolutietheorie is. Alleen de laatste twee zijn in dit geval van belang. In de volksmond betekent de evolutietheorie vaak zoiets als "de mens stamt van de aap af". Pak een willekeurig persoon op straat en het zal bevestigd worden. Hoewel het onjuist is, is het niet van groot belang voor de wetenschap. Wat veel belangrijker is, is de onwetendheid bij creationisten; de mensen die menen dat biologische evolutie en de evolutietheorie onzin zijn, en hier de wetenschap bijhalen. Een mooi voorbeeld hiervan zijn "de twintig vragen voor evolutionisten" van Walt Brown, een bekende naam binnen creationistisch kringen. Van deze twintig vragen hebben er twaalf niets met biologische evolutie of de evolutietheorie te maken.
Het woord evolutie betekent niet veel meer dan verandering. Er is evolutie in ziektebeelden, sterrenstelsels, taal, politieke systemen, enzovoort. Waar het hier om gaat is biologische evolutie. De meest gangbare definitie van biologische evolutie is de onderstaande.
"Biologische evolutie is de verandering in de eigenschappen in een populatie van organismen, die uitstijgt boven de levensduur van een individu. De ontogenesis (levensloop van een organisme) van een individu wordt niet beschouwd als evolutie; individuele organismen evolueren niet. De veranderingen in populaties die evolutionair beschouwd worden, zijn degenen die overerfbaar zijn via het genetisch materiaal van de ene generatie op de volgende. Biologische evolutie kan sterk of gering zijn; het omvat alles van kleine veranderingen in de verhouding van verschillende allelen binnen een populatie (zoals degenen die de bloedgroep bepalen), tot de succesvolle veranderingen die geleid hebben van de eerste proto-organismen tot snavels, bijen, giraffen en paardebloemen."
~ Douglas J. Futuyma in Evolutionary Biology, Sinauer Associates 1986 (vrij vertaald)
Biologische evolutie is dus de verandering van genetische eigenschappen van een populatie over een bepaalde tijd. Dat dit gebeurt, is een feit, en is door vele biologen uitgebreid onderzocht. Biologische evolutie verwijst ook naar de gemeenschappelijke afstamming van alle levende organismen van een gedeelde (gemeenschappelijke) voorouder. Het bewijs voor historische evolutie, in de vorm van fossielen, genetische en anatomische overeenkomsten, is zo gigantisch groot, dat het ook beschouwd wordt als een feit.
Nu een duidelijke definitie van biologische evolutie is gegeven, wil ik verder gaan met wat het niet is. Bij biologische evolutie worden namelijk heel vaak dingen gehaald die er niets mee te maken hebben.
- De oerknal of Big Bang, het begin van het universum. Dit begrip roept vele (filosofische, theologische en natuurwetenschappelijke) vragen op. De wetenschappelijke benadering van dit begrip behoort tot de kosmologie (een tak van de astronomie), en heeft niets met biologische evolutie te maken.
- Het ontstaan van ons zonnestelsel. Dit behoort tevens tot het gebied van de astronomie, en heeft niets met biologische evolutie te maken.
- Het ontstaan en de vorming van de aarde. Dit behoort tot het gebied van voornamelijk de astronomie en de geologie, en heeft niets met biologische evolutie te maken.
- Het ontstaan van leven (abiogenese). Biologische evolutie heeft betrekking op het ontstaan van soorten, groepen levende wezens. Biologie betekent letterlijk leer van het leven. Abiogenese is een relatief jonge tak van wetenschap, waarover nog betrekkelijk weinig bekend is (in tegenstelling tot biologische evolutie!). Over het ontstaan van leven uit niet-leven, bestaat voor zover ik weet, nog geen sluitende wetenschappelijke theorie, maar wel een aantal (plausibele) hypothesen. Hoe de eerste vormen van leven zijn ontstaan uit niet-leven, heeft dus niets met biologische evolutie te maken.
Verder zijn er nog een aantal misverstanden over biologische evolutie:
- De mens stamt van de aap af. Nee, de mens is een aap, een hominide om precies te zijn. Deze categorie delen we met de chimpansee, bonobo en de gorilla. De mens en andere apensoorten hebben gemeenschappelijke voorouders. De gemeenschappelijke voorouder van de mens en de orang-oetang leefde zo'n 16 miljoen jaar geleden, die van de mens en de gorilla zo'n 9 miljoen jaar geleden en die van de mens en de chimpansee zo'n 6 miljoen jaar geleden. De mens stamt dus niet van de aap af, maar is er zelf één! We delen gemeenschappelijke voorouders met de andere apensoorten (en met alle andere dieren in het algemeen).
- Individueel verworven eigenschappen. Het verwerven van bijvoorbeeld eelt onder de voeten of het langer worden van mensen zijn geen vormen van biologische evolutie. Het zijn namelijk geen genetische eigenschappen, maar eigenschappen die door factoren van buitenaf worden veroorzaakt (respectievelijk kracht op de blote voeten en goede voeding, medische zorg). Biologische evolutie kan dus voorkomen zonder morfologische verandering, en morfologische verandering zonder biologische evolutie.
- Evolutie is vooruitgang. Ook dit is niet waar. Populaties passen zich slechts aan, aan de aanwezige omstandigheden. Ze hoeven niet noodzakelijk beter te worden over een bepaalde tijd. Een eigenschap of strategie die succesvol is op het ene tijdstip, kan juist onsuccesvol zijn op een ander tijdstip.
De evolutietheorie beschrijft de mechanismen die biologische evolutie veroorzaakt hebben. De bekendste, maar zeker niet de enige, zijn mutatie en natuurlijke selectie. Individuele organismen in de natuur verschillen van elkaar. Sommige van deze verschillen zijn erfelijk en worden dus via de genen doorgegeven. Mutaties, veranderingen in het DNA, zorgen voor deze erfelijke verschillen. Er zijn verschillende soorten mutaties met verschillende gevolgen voor het organisme. Omdat elk organisme uniek is, heeft elk zo z'n voor- en nadelen om te overleven in zijn omgeving. Individuen die het best aangepast zijn aan hun omgeving overleven en kunnen voor meer nageslacht zorgen. Het gaat er uiteindelijk dus om wie in staat is het meeste nageslacht te produceren. De eigenschappen die het organisme het best aangepast aan de omgeving maken, worden hierdoor doorgegeven aan het nageslacht. Dit overleven van het best aangepaste organisme wordt natuurlijke selectie genoemd. "Survival of the Fittest" slaat dus niet op het overleven van de sterkste, maar op het overleven van de best aangepaste! Dit is in een notendop Darwins evolutietheorie.
De evolutietheorie is een wetenschappelijke theorie. In het dagelijks leven betekent het woord theorie vaak zoiets als een idee, of iets dat men vermoedt. De wetenschappelijke definitie is echter een andere. Een wetenschappelijke theorie geeft een kloppende en samenhangende verklaring voor een wijde reeks fenomenen. Een theorie kan worden aangepast, verbeterd, aangevuld (zoals bijvoorbeeld met de evolutietheorie gebeurde tijdens de synthese met de moderne genetica) of kan worden verworpen als blijkt dat ze onjuist is of als er een betere beschikbaar is. Het is essentieel dat een theorie geen tegenstrijdigheden mag bevatten, en gefalsifieerd (weerlegd) en geverifieerd (bevestigd) moet kunnen worden door haar te testen. Een theorie moet ondersteund worden door empirisch (op bevindingen berustend) bewijsmateriaal. Het belangrijkste deel van dit empirische bewijsmateriaal voor de evolutietheorie wordt verschaft door biologisch onderzoek uit verschillende deelgebieden als genetica, vergelijkende anatomie en fysiologie, moleculaire biologie en paleontologie (fossielkunde).
Een theorie is wat anders dan een feit, hoewel vaak onterecht gedacht wordt dat een theorie een onbewezen feit is. Een theorie biedt juist een verklaring voor de feiten (de dingen die we waarnemen). Biologische evolutie is dus een feit én een theorie!
De evolutietheorie is nog steeds de best kloppende en samenhangende interpretatie van de empirische bewijzen, ondanks de vele pogingen tot weerlegging die de afgelopen (bijna) 150 jaar zijn gedaan.
Enkele veel gebruikte argumenten tegen biologische evolutie en de evolutietheorie
Hieronder worden enkele veel gebruikte argumenten tegen de evolutietheorie weerlegd. De weerleggingen zijn kort en bondig omdat deze website niet primair over dit onderwerp gaat. Voor verdere en uitgebreidere informatie kunnen de links gevolgd worden.
Evolutie(theorie) is een geloof.
Filosoof Herman Philipse heeft deze stelling weerlegd in het volgende citaat:
"De evolutietheorie is een empirische theorie met een overstelpende hoeveelheid materiaal die de theorie ondersteunt. Derhalve is het geen geloof. Voor het geloof daarentegen is er niet één empirisch argument aan te voeren. Niet één."
Meer informatie over dit argument is hier te vinden:
Evolution is a religion
Er zijn geen overgangsvormen/tussenvormen
Onjuist, er zijn zeer veel overgangsvormen, zo zijn bijvoorbeeld de evolutie van het paard, de walvis en de mens uitgebreid gedocumenteerd. Het klopt dat er gaten zitten in het fossielenbestand, hoewel deze steeds kleiner worden. Deze gaten hebben echter logische verklaringen:
- Fossilisatie is een zeer zeldzaam proces, het gebeurt alleen onder bijzondere omstandigheden.
- Sommige dieren hebben alleen weke delen die niet of zeer uitzonderlijk fossiliseren.
- Nog lang niet de gehele aardbodem is doorzocht.
- Veel fossielen zijn al vernietigd door erosie, aardbevingen, enzovoort.
Een zeer uitgebreid overzicht van overgangsvormen is hier te vinden.
Meer informatie over dit argument is hier te vinden:
There are no transitional fossils
Mutaties zijn altijd negatief (of neutraal) en voegen geen informatie toe
Mutaties kunnen negatief, neutraal of postitief zijn. Hoewel negatieve mutaties meer voorkomen dan positieve, zullen alleen de positieve voortbestaan omdat ze uitgeselecteerd worden. De claim dat mutaties geen informatie toevoegen is ook onjuist, het tegendeel is al vele malen waargenomen.
Meer informatie over dit argument is hier te vinden:
Mutations don't add information.
Claims about biology
Al dat moois kan nooit ontstaan zijn door alleen toeval
Dit is een typisch voorbeeld van een stroman (drogreden). Noch biologische evolutie, noch de evolutietheorie is gebaseerd op alleen toeval. Toeval speelt alleen een rol in de variatie (mutatie) van de genen, selectie en reproductie zorgen voor de rest. Evolutie werkt met hele kleine stapjes, en vele kleine stapjes over een grote tijdspanne kunnen voor grotere veranderingen zorgen. Bedenk hierbij dat het leven al minstens 3,5 miljard jaar evolueert, waarbij de moderne mens (Homo sapiens) pas zo'n 150.00 jaar geleden ten tonele is verschenen. Verder is 'mooi' een subjectief begrip: de één kan iets mooi vinden wat voor de ander afschuwelijk is. De natuur werk niet met 'mooi', maar met functionaliteit: soorten zijn zodanig geëvolueerd dat ze aangepast zijn om te overleven in hun omgeving.
"Is de natuur niet evenzo adembenemend door je voor te stellen dat het allemaal op eigen kracht is ontwikkeld?"
Fedor Steeman
Evolutie is immoreel en geeft mensen het recht hun zwakkere medemensen te onderdrukken
Dit is een drogreden (stroman). Biologische evolutie noch de evolutietheorie zeggen iets over moraal, ze zijn beschrijvingen van de natuur. Iedereen kan onafhankelijk van biologische evolutie en de evolutietheorie zijn eigen moraal bepalen.
Meer informatie over dit argument is hier te vinden:
Ethics