Uit gesprekken en discussies die ik soms voer met niet-atheïsten, blijkt veelvuldig dat mensen niet weten wat atheïsme precies inhoudt. Dit is ook niet geheel onterecht, daar er verscheidene definities in omloop zijn. Dit heeft ook zijn weerslag gevonden in de betekenis die woordenboeken aan het woord "atheïsme" hebben gegeven. Dit artikel heeft als doel helderheid te verschaffen over de betekenis van het begrip atheïsme en enkele misverstanden weg te nemen.


Wat atheïsten zelf zeggen

Opmerkelijk genoeg bestaat er onder atheïsten zelf een behoorlijke eensgezindheid over wat het begrip inhoudt. Dit kan het beste geïllustreerd worden aan de hand van wat atheïsten zelf over de definitie geschreven hebben. Ik begin met een citaat van een van de meest bekende atheïstische filosofen van dit moment, Michael Martin:

If you look up "atheism" in a dictionary, you will find it defined as the belief that there is no God. Certainly, many people understand "atheism" in this way. Yet this is not what the term means if one considers it from the point of view of its Greek roots. In Greek "a" means "without" or "not," and "theos" means "god." From this standpoint, an atheist is someone without a belief in God; he or she need not be someone who believes that God does not exist. Still, there is a popular dictionary meaning of "atheism" according to which an atheist is not simply one who holds no belief in the existence of a God or gods but is one who believes that there is no God or gods. This dictionary use of the term should not be overlooked. To avoid confusion, let us call it positive atheism and let us call the type of atheism derived from the original Greek roots negative atheism. (1)


Elders schreef Martin al:

If you look up 'atheism' in the dictionary, you will probably find it defined as the belief that there is no God. Certainly many people understand atheism in this way. Yet many atheists do not, and this is not what the term means if one considers it from the point of view of its Greek roots. In Greek 'a' means 'without' or 'not' and 'theos' means 'god.' From this standpoint an atheist would simply be someone without a belief in God, not necessarily someone who believes that God does not exist. According to its Greek roots, then, atheism is a negative view, characterized by the absence of belief in God. (2)


Michael Martin heeft ook het lemma "atheism" geschreven in de Engelstalige Encarta Encyclopedie. Daarin geeft hij als definitie:

The denial of or lack of belief in the existence of a god or gods.


Anthony Flew, die overigens zichzelf momenteel niet meer beschouwt als een atheïst, schreef over de betekenis van het word:

The word `atheism', however, has in this contention to be construed unusually. Whereas nowadays the usual meaning of 'atheist' in English is 'someone who asserts there is no such being as God,' I want the word to be understood not positively but negatively. I want the originally Greek prefix 'a' to be read in the same way in 'atheist' as it customarily is read in such other Greco-English words as 'amoral,' 'atypical,' and 'asymmetrical'. In this interpretation an atheist becomes: someone who is simply not a theist. Let us, for future ready reference, introduce the labels 'positive atheist' for the former and 'negative atheist' for the latter. (3)


Gordon Stein schreef over de definitie van atheïsme:

When we examine the components of the word 'atheism,' we can see this distinction more clearly. The word is made up of 'a-' and '-theism.' Theism, we will all agree, is a belief in a God or gods. The prefix 'a-' can mean 'not' (or 'no') or 'without.' If it means 'not,' then we have as an atheist someone who is not a theist (i.e., someone who does not have a belief in a God or gods). If it means 'without,' then an atheist is someone without theism, or without a belief in God. (4)


George Smith schreef in zijn boek over atheïsme:

"Theism" is defined as the "belief in a god or gods." The term "theism" is sometimes used to designate the belief in a particular kind of god-the personal god of monotheism-but as used throughout this book, "theism" signifies the belief in any god or number of gods. The prefix "a" means "without," so the term "a-theism" literally means "without theism," or without belief in a god or gods. Atheism, therefore, is the absence of theistic belief. One who does not believe in the existence of a god or supernatural being is properly designated as an atheist.

Atheism is sometimes defined as "the belief that there is no God of any kind," or the claim that a god cannot exist". While these are categories of atheism, they do not exhaust the meaning of atheism - and they are somewhat misleading with respect to the basic nature of atheism. Atheism, in its basic form, is not a belief: it is the absence of belief. An atheist is not primarily a person who believes that a god does not exist; rather, he does not believe in the existence of a god. (5)


Richard Carrier schrijft in zijn boek


In its most common meaning, as it is most often used and as it was originally conceived, atheism is the compound a-theism, which means the absence of theism, the absence of belief in a god. It is parallel to anoxia, the absence of oxygen in the blood, or agnosticism, the absence of knowledge, or anarchy, the absence of government. Atheism does not necessarily mean the outright denial of god, since the mere lack of belief is sufficient to make you an atheist. Many atheist will echo the creed "I don't believe in what I don't know to be true." This is called "negative atheism", "weak atheism" or "soft atheism" to distinguish is from positive, strong or hard atheism, which is the certainty or positive belief that there is no god. The negative atheist says, "There is no reason to believe." The positive atheist says, "Besides that, there are reasons to disbelieve." (6)

Uit hetgeen atheïsten zelf schrijven, komt een duidelijke en eensgezinde definitie naar voren. Zij wijzen op de herkomst van het woord, waardoor het simpelweg "zonder god" (a + theos) betekent. Een atheïst is dus iemand zonder god, een goddeloze. Atheïsten wijzen er ook op dat dit niet alleen geldt voor één god, maar voor alle goden.

De meeste auteurs maken ook een onderscheid tussen zwak (of negatief of zacht) atheïsme en sterk (of positief of hard) atheïsme. Hierbij wordt het eerste gekenmerkt door de afwezigheid van het geloof in het bestaan god(en) en het tweede door de ontkenning van het bestaan van god(en). In andere woorden: een zwakke atheïst zegt: "Ik denk niet dat god(en) bestaat(n)", de sterke atheïst zegt: "Ik denk dat god(en) niet bestaat(n)". Daarmee zijn dus niet alle atheïsten sterke atheïsten. Zwak atheïsme is atheïsme in de ruime betekenis, sterk atheïsme is atheïsme in de nauwe betekenis. Bij alle atheïsten ontbreekt het geloof in het bestaan van god(en), maar alleen sterke atheïsten gaan nog een stap verder door ook het bestaan van god(en) te ontkennen. In het Nederlands bestaat er een taalkundig onderscheid tussen sterk en zwak atheïsme: zwakke atheïsten zijn goddelozen, sterke atheïsten zijn godloochenaars (godontkenners). Helaas betekent dit verschil in taalkunde volgens de woordenboeken niet een verschil in betekenis.


Wat veel mensen denken en woordenboeken zeggen
In tegenstelling tot wat atheïsten zelf hierover zeggen, leeft bij veel niet-atheïsten de opvatting dat een atheïst een ontkenner is van het bestaan van god(en), een godloochenaar. Zij denken daarmee dat een atheïst altijd een sterke atheïst is (hetgeen dus niet klopt). Deze opvatting over atheïsme is ook terug te vinden in veel woordenboeken.

In het Van Dale Groot woordenboek der Nederlandse taal (14e editie) staat onder "atheïsme":

ontkenning van het bestaan of de bestaanbaarheid van een (persoonlijke) god

Zoals hierboven reeds is aangegeven, is dit alleen de definitie van sterk atheïsme. De definitie van zwak atheïsme, en daarmee atheïsme in ruime zin, ontbreekt.


In het Kramers Woordenboek Nederlands (21e druk) staat:

ontkenning van het bestaan van God of goden; het ontbreken van religieus gevoel

Het laatste deel van deze definitie is uitzonderlijk en komt bij mijn weten alleen in dit woordenboek voor. Het probleem met dit deel van de definitie is dat niet duidelijk wat met "religieus gevoel" bedoeld wordt. Een atheïst zal bijvoorbeeld een gevoel van ontzag kunnen ervaren bij het aanschouwen van de natuur, of diep geraakt kunnen zijn door bepaalde muziek of bepaalde proza of poëzie. Een gelovige zal dit waarschijnlijk als een "religieus gevoel" beschrijven, maar voor een atheïst heeft het niets met religie te maken.


In het Van Dale Groot woordenboek hedendaags Nederlands staat:

levensbeschouwing die uitgaat van niet-bestaan of niet-bestaanbaarheid van een god

Ook deze definitie is niet geheel juist omdat een levensbeschouwing veel breder is dan niet in het bestaan van god(en) geloven. Hier wordt hieronder nog verder op ingegaan.


Opmerkelijk genoeg doen de grote Engelstalige woordenboeken het meestal beter (7). De meeste van deze woordenboeken geven namelijk zowel de definitie van zwak als sterk atheïsme (in de trant van "disbelief in the existence of God or gods" en "denial of the existence of God or gods" respectievelijk). Nederlandse woordenboeken geven onterecht meestal alleen de laatste definitie.


Veelgemaakte misverstanden

Doordat veel mensen een verkeerd idee hebben van wat atheïsme inhoudt, is een aantal misverstanden ontstaan die vaak terugkomen. Deze worden hieronder kort uitgelegd.

Atheïsme is een levensbeschouwing
Zoals hierboven al is aangegeven, is atheïsme geen levensbeschouwing, maar een onderdeel van iemands levensbeschouwing. De manier waarop iemand zijn leven beschouwt, is immers meer dan zijn houding ten aanzien van het bestaan van god(en). Dat neemt echter niet weg dat de rest van iemands levensbeschouwing beïnvloed kan worden door zijn of haar atheïsme. Atheïsten kunnen onderling verschillen in levensbeschouwelijke opvattingen, het enige wat ze noodzakelijk gemeenschappelijk hebben is hun atheïsme.

Atheïsme is een geloof/religie
Nee, atheïsme is juist de afwezigheid van geloof. Atheïsme is net zo min een geloof als kaalheid een haarkleur is, zoals Don Hirschberg ooit eens opmerkte. Atheïsme heeft ook niet de eigenschappen die kenmerkend zijn voor een religie, zoals geloof in god(en), heilige boeken, heilige personen, rituelen, wetten of voorgangers.

Je moet ook geloven om een atheïst te zijn
Dit misverstand ontstaat wanneer er een spelletje gespeeld wordt met het woord "geloven". Het heeft namelijk grofweg twee betekenissen. Je kunt in iets geloven omdat daarvoor argumenten/bewijzen zijn of juist omdat er geen argumenten/bewijzen zijn. Gelovigen gebruiken de tweede betekenis van het woord: ondanks er geen argumenten/bewijzen zijn, geloven ze toch dat iets waar is ("Je moet het ook gelóven", is een veelgehoorde frase). Als een atheïst het woord in de mond neemt, doet hij dat in de eerste betekenis van het woord: hij denkt dat iets waar of niet waar is omdat hij daarvoor argumenten/bewijzen heeft. Om verwarring te voorkomen, kan hij beter het woord "denken" gebruiken.

Een atheïst gelooft, want hij kan niet volstrekt zeker weten dat god(en) niet bestaat(n)
Dit geldt sowieso niet voor een zwakke atheïst. Buiten de wiskunde en strikte logica is niets volstrekt zeker, dus dan is iedereen een gelovige ten aanzien van alles. Niemand gebruikt het woord "geloven" op die manier. Kennis is altijd gebaseerd op waarschijnlijkheid: hoe sterker de argumenten/bewijzen, hoe waarschijnlijker het is dat iets (niet) waar is. Een sterke atheïst beweert niet volstrekt zeker te weten dat god(en) niet bestaat(n), maar dat het veel waarschijnlijker is dat god(en) niet dan wel bestaat(n). Vergelijk het met het bestaan van elfjes. Niemand kan volstrekt zeker weten dat ze niet bestaan, maar niemand denkt dat ze bestaan op grond van waarschijnlijkheid. Voor een sterke atheïst vallen goden in dezelfde categorie als elfjes.

Een atheïst ontkent het bestaan van het bovennatuurlijke, hij is een materialist
Atheïsme zegt slechts wat over iemand opvattingen ten aanzien van het bestaan van god(en), niet over wat hij denkt over (vermeende) bovennatuurlijke in het algemeen. Alleen materialisten (in filosofische zin) of naturalisten ontkennen het bovennatuurlijke, daar zij denken dat alleen het materiele of natuurlijke bestaat. Een atheïst kan echter wel geloven in het bestaan van andere bovennatuurlijk zaken, bijvoorbeeld geesten of reïncarnatie. Een atheïst is dus niet automatisch een materialist/naturalist, ofschoon dit zeker geldt voor een deel van hen.


Noten
1) M. Martin (ed.) in "The Cambridge Companion to Atheism", pag. 1 (Cambridge University Press, 2007).

2) M. Martin in "Atheism,: A Philosophical Justification", pag. 463 (Temple University Press, 1990).

3) A.G.N. Flew in "God, Freedom, and Immortality: A Critical Analysis", pag. 14 (Prometheus Books, 1984).

4) Gordon Stein (ed.) in "An Anthology of Atheism and Rationalism", pag. 3 (Prometheus Books, 1989).

5) G.H. Smith in "Atheism: The Cases Against God", (Prometheus Books, 1980)

6) R. Carrier in "Sense and Goodness Without God: A Defense of Metaphysical Naturalism", pag. 254-255 (AuthorHouse, 2005).

7) A. Cline, "Dictionary Definition of Atheism", http://atheism.about.com/od/definitionofatheism/a/dict_standard.htm

 

Wie zijn er online?

We hebben 67 gasten en geen leden online

Geef je mening

Welke positie over het bestaan van god(en) onderschrijft u?

Bekende atheïsten

Ayaan Hirsi AliAyaan Hirsi Ali, Somalisch Nederlandse feministe, publiciste en politica.

Citaat

Herakleitos (ca. 500 v.c.) zegt: “de mensen die slapen hebben elk hun eigen wereld, de mensen die wakker zijn hebben een gemeenschappelijke wereld”. Individuele mensen beleven in hun slaap een droomwereld waarin elk zijn eigen waarheden heeft en zijn eigen belevenissen. Zodra men wakker wordt, stelt men vast dat het een begoocheling was, wat blijkt uit het feit dat de andere mensen iets anders hebben beleefd. Maar als ze wakker zijn, worden ze geconfronteerd met dezelfde zon, dezelfde huizen, dezelfde bomen, en dezelfde mensen. In de mythen beleven afzonderlijke volkeren een eigen wereld met goden, geesten, bovennatuurlijke krachten, pratende dieren, enzovoort. Bij onderling contact stellen ze vast dat de anderen totaal andere mythen hebben; het zijn als het ware groepsdromen. In de openbaringsgodsdiensten blijkt dat de aanspraak op universaliteit niet kan worden waargemaakt. We kennen een aantal wereldgodsdiensten, die allen beweren de waarheid te hebben, terwijl een gemeenschappelijke waarheid ontbreekt.

~ Etienne Vermeersch

Uit gesprekken en discussies die ik soms voer met niet-atheïsten, blijkt veelvuldig dat mensen niet weten wat atheïsme precies inhoudt. Dit is ook niet geheel onterecht, daar er verscheidene definities in omloop zijn. Dit heeft ook zijn weerslag gevonden in de betekenis die woordenboeken aan het woord "atheïsme" hebben gegeven. Dit artikel heeft als doel helderheid te verschaffen over de betekenis van het begrip atheïsme en enkele misverstanden weg te nemen.


Wat atheïsten zelf zeggen

Opmerkelijk genoeg bestaat er onder atheïsten zelf een behoorlijke eensgezindheid over wat het begrip inhoudt. Dit kan het beste geïllustreerd worden aan de hand van wat atheïsten zelf over de definitie geschreven hebben. Ik begin met een citaat van een van de meest bekende atheïstische filosofen van dit moment, Michael Martin:

If you look up "atheism" in a dictionary, you will find it defined as the belief that there is no God. Certainly, many people understand "atheism" in this way. Yet this is not what the term means if one considers it from the point of view of its Greek roots. In Greek "a" means "without" or "not," and "theos" means "god." From this standpoint, an atheist is someone without a belief in God; he or she need not be someone who believes that God does not exist. Still, there is a popular dictionary meaning of "atheism" according to which an atheist is not simply one who holds no belief in the existence of a God or gods but is one who believes that there is no God or gods. This dictionary use of the term should not be overlooked. To avoid confusion, let us call it positive atheism and let us call the type of atheism derived from the original Greek roots negative atheism. (1)


Elders schreef Martin al:

If you look up 'atheism' in the dictionary, you will probably find it defined as the belief that there is no God. Certainly many people understand atheism in this way. Yet many atheists do not, and this is not what the term means if one considers it from the point of view of its Greek roots. In Greek 'a' means 'without' or 'not' and 'theos' means 'god.' From this standpoint an atheist would simply be someone without a belief in God, not necessarily someone who believes that God does not exist. According to its Greek roots, then, atheism is a negative view, characterized by the absence of belief in God. (2)


Michael Martin heeft ook het lemma "atheism" geschreven in de Engelstalige Encarta Encyclopedie. Daarin geeft hij als definitie:

The denial of or lack of belief in the existence of a god or gods.


Anthony Flew, die overigens zichzelf momenteel niet meer beschouwt als een atheïst, schreef over de betekenis van het word:

The word `atheism', however, has in this contention to be construed unusually. Whereas nowadays the usual meaning of 'atheist' in English is 'someone who asserts there is no such being as God,' I want the word to be understood not positively but negatively. I want the originally Greek prefix 'a' to be read in the same way in 'atheist' as it customarily is read in such other Greco-English words as 'amoral,' 'atypical,' and 'asymmetrical'. In this interpretation an atheist becomes: someone who is simply not a theist. Let us, for future ready reference, introduce the labels 'positive atheist' for the former and 'negative atheist' for the latter. (3)


Gordon Stein schreef over de definitie van atheïsme:

When we examine the components of the word 'atheism,' we can see this distinction more clearly. The word is made up of 'a-' and '-theism.' Theism, we will all agree, is a belief in a God or gods. The prefix 'a-' can mean 'not' (or 'no') or 'without.' If it means 'not,' then we have as an atheist someone who is not a theist (i.e., someone who does not have a belief in a God or gods). If it means 'without,' then an atheist is someone without theism, or without a belief in God. (4)


George Smith schreef in zijn boek over atheïsme:

"Theism" is defined as the "belief in a god or gods." The term "theism" is sometimes used to designate the belief in a particular kind of god-the personal god of monotheism-but as used throughout this book, "theism" signifies the belief in any god or number of gods. The prefix "a" means "without," so the term "a-theism" literally means "without theism," or without belief in a god or gods. Atheism, therefore, is the absence of theistic belief. One who does not believe in the existence of a god or supernatural being is properly designated as an atheist.

Atheism is sometimes defined as "the belief that there is no God of any kind," or the claim that a god cannot exist". While these are categories of atheism, they do not exhaust the meaning of atheism - and they are somewhat misleading with respect to the basic nature of atheism. Atheism, in its basic form, is not a belief: it is the absence of belief. An atheist is not primarily a person who believes that a god does not exist; rather, he does not believe in the existence of a god. (5)


Richard Carrier schrijft in zijn boek


In its most common meaning, as it is most often used and as it was originally conceived, atheism is the compound a-theism, which means the absence of theism, the absence of belief in a god. It is parallel to anoxia, the absence of oxygen in the blood, or agnosticism, the absence of knowledge, or anarchy, the absence of government. Atheism does not necessarily mean the outright denial of god, since the mere lack of belief is sufficient to make you an atheist. Many atheist will echo the creed "I don't believe in what I don't know to be true." This is called "negative atheism", "weak atheism" or "soft atheism" to distinguish is from positive, strong or hard atheism, which is the certainty or positive belief that there is no god. The negative atheist says, "There is no reason to believe." The positive atheist says, "Besides that, there are reasons to disbelieve." (6)

Uit hetgeen atheïsten zelf schrijven, komt een duidelijke en eensgezinde definitie naar voren. Zij wijzen op de herkomst van het woord, waardoor het simpelweg "zonder god" (a + theos) betekent. Een atheïst is dus iemand zonder god, een goddeloze. Atheïsten wijzen er ook op dat dit niet alleen geldt voor één god, maar voor alle goden.

De meeste auteurs maken ook een onderscheid tussen zwak (of negatief of zacht) atheïsme en sterk (of positief of hard) atheïsme. Hierbij wordt het eerste gekenmerkt door de afwezigheid van het geloof in het bestaan god(en) en het tweede door de ontkenning van het bestaan van god(en). In andere woorden: een zwakke atheïst zegt: "Ik denk niet dat god(en) bestaat(n)", de sterke atheïst zegt: "Ik denk dat god(en) niet bestaat(n)". Daarmee zijn dus niet alle atheïsten sterke atheïsten. Zwak atheïsme is atheïsme in de ruime betekenis, sterk atheïsme is atheïsme in de nauwe betekenis. Bij alle atheïsten ontbreekt het geloof in het bestaan van god(en), maar alleen sterke atheïsten gaan nog een stap verder door ook het bestaan van god(en) te ontkennen. In het Nederlands bestaat er een taalkundig onderscheid tussen sterk en zwak atheïsme: zwakke atheïsten zijn goddelozen, sterke atheïsten zijn godloochenaars (godontkenners). Helaas betekent dit verschil in taalkunde volgens de woordenboeken niet een verschil in betekenis.


Wat veel mensen denken en woordenboeken zeggen
In tegenstelling tot wat atheïsten zelf hierover zeggen, leeft bij veel niet-atheïsten de opvatting dat een atheïst een ontkenner is van het bestaan van god(en), een godloochenaar. Zij denken daarmee dat een atheïst altijd een sterke atheïst is (hetgeen dus niet klopt). Deze opvatting over atheïsme is ook terug te vinden in veel woordenboeken.

In het Van Dale Groot woordenboek der Nederlandse taal (14e editie) staat onder "atheïsme":

ontkenning van het bestaan of de bestaanbaarheid van een (persoonlijke) god

Zoals hierboven reeds is aangegeven, is dit alleen de definitie van sterk atheïsme. De definitie van zwak atheïsme, en daarmee atheïsme in ruime zin, ontbreekt.


In het Kramers Woordenboek Nederlands (21e druk) staat:

ontkenning van het bestaan van God of goden; het ontbreken van religieus gevoel

Het laatste deel van deze definitie is uitzonderlijk en komt bij mijn weten alleen in dit woordenboek voor. Het probleem met dit deel van de definitie is dat niet duidelijk wat met "religieus gevoel" bedoeld wordt. Een atheïst zal bijvoorbeeld een gevoel van ontzag kunnen ervaren bij het aanschouwen van de natuur, of diep geraakt kunnen zijn door bepaalde muziek of bepaalde proza of poëzie. Een gelovige zal dit waarschijnlijk als een "religieus gevoel" beschrijven, maar voor een atheïst heeft het niets met religie te maken.


In het Van Dale Groot woordenboek hedendaags Nederlands staat:

levensbeschouwing die uitgaat van niet-bestaan of niet-bestaanbaarheid van een god

Ook deze definitie is niet geheel juist omdat een levensbeschouwing veel breder is dan niet in het bestaan van god(en) geloven. Hier wordt hieronder nog verder op ingegaan.


Opmerkelijk genoeg doen de grote Engelstalige woordenboeken het meestal beter (7). De meeste van deze woordenboeken geven namelijk zowel de definitie van zwak als sterk atheïsme (in de trant van "disbelief in the existence of God or gods" en "denial of the existence of God or gods" respectievelijk). Nederlandse woordenboeken geven onterecht meestal alleen de laatste definitie.


Veelgemaakte misverstanden

Doordat veel mensen een verkeerd idee hebben van wat atheïsme inhoudt, is een aantal misverstanden ontstaan die vaak terugkomen. Deze worden hieronder kort uitgelegd.

Atheïsme is een levensbeschouwing
Zoals hierboven al is aangegeven, is atheïsme geen levensbeschouwing, maar een onderdeel van iemands levensbeschouwing. De manier waarop iemand zijn leven beschouwt, is immers meer dan zijn houding ten aanzien van het bestaan van god(en). Dat neemt echter niet weg dat de rest van iemands levensbeschouwing beïnvloed kan worden door zijn of haar atheïsme. Atheïsten kunnen onderling verschillen in levensbeschouwelijke opvattingen, het enige wat ze noodzakelijk gemeenschappelijk hebben is hun atheïsme.

Atheïsme is een geloof/religie
Nee, atheïsme is juist de afwezigheid van geloof. Atheïsme is net zo min een geloof als kaalheid een haarkleur is, zoals Don Hirschberg ooit eens opmerkte. Atheïsme heeft ook niet de eigenschappen die kenmerkend zijn voor een religie, zoals geloof in god(en), heilige boeken, heilige personen, rituelen, wetten of voorgangers.

Je moet ook geloven om een atheïst te zijn
Dit misverstand ontstaat wanneer er een spelletje gespeeld wordt met het woord "geloven". Het heeft namelijk grofweg twee betekenissen. Je kunt in iets geloven omdat daarvoor argumenten/bewijzen zijn of juist omdat er geen argumenten/bewijzen zijn. Gelovigen gebruiken de tweede betekenis van het woord: ondanks er geen argumenten/bewijzen zijn, geloven ze toch dat iets waar is ("Je moet het ook gelóven", is een veelgehoorde frase). Als een atheïst het woord in de mond neemt, doet hij dat in de eerste betekenis van het woord: hij denkt dat iets waar of niet waar is omdat hij daarvoor argumenten/bewijzen heeft. Om verwarring te voorkomen, kan hij beter het woord "denken" gebruiken.

Een atheïst gelooft, want hij kan niet volstrekt zeker weten dat god(en) niet bestaat(n)
Dit geldt sowieso niet voor een zwakke atheïst. Buiten de wiskunde en strikte logica is niets volstrekt zeker, dus dan is iedereen een gelovige ten aanzien van alles. Niemand gebruikt het woord "geloven" op die manier. Kennis is altijd gebaseerd op waarschijnlijkheid: hoe sterker de argumenten/bewijzen, hoe waarschijnlijker het is dat iets (niet) waar is. Een sterke atheïst beweert niet volstrekt zeker te weten dat god(en) niet bestaat(n), maar dat het veel waarschijnlijker is dat god(en) niet dan wel bestaat(n). Vergelijk het met het bestaan van elfjes. Niemand kan volstrekt zeker weten dat ze niet bestaan, maar niemand denkt dat ze bestaan op grond van waarschijnlijkheid. Voor een sterke atheïst vallen goden in dezelfde categorie als elfjes.

Een atheïst ontkent het bestaan van het bovennatuurlijke, hij is een materialist
Atheïsme zegt slechts wat over iemand opvattingen ten aanzien van het bestaan van god(en), niet over wat hij denkt over (vermeende) bovennatuurlijke in het algemeen. Alleen materialisten (in filosofische zin) of naturalisten ontkennen het bovennatuurlijke, daar zij denken dat alleen het materiele of natuurlijke bestaat. Een atheïst kan echter wel geloven in het bestaan van andere bovennatuurlijk zaken, bijvoorbeeld geesten of reïncarnatie. Een atheïst is dus niet automatisch een materialist/naturalist, ofschoon dit zeker geldt voor een deel van hen.


Noten
1) M. Martin (ed.) in "The Cambridge Companion to Atheism", pag. 1 (Cambridge University Press, 2007).

2) M. Martin in "Atheism,: A Philosophical Justification", pag. 463 (Temple University Press, 1990).

3) A.G.N. Flew in "God, Freedom, and Immortality: A Critical Analysis", pag. 14 (Prometheus Books, 1984).

4) Gordon Stein (ed.) in "An Anthology of Atheism and Rationalism", pag. 3 (Prometheus Books, 1989).

5) G.H. Smith in "Atheism: The Cases Against God", (Prometheus Books, 1980)

6) R. Carrier in "Sense and Goodness Without God: A Defense of Metaphysical Naturalism", pag. 254-255 (AuthorHouse, 2005).

7) A. Cline, "Dictionary Definition of Atheism", http://atheism.about.com/od/definitionofatheism/a/dict_standard.htm

Wie zijn er online?

We hebben 67 gasten en geen leden online

Geef je mening

Welke positie over het bestaan van god(en) onderschrijft u?

Bekende atheïsten

Ayaan Hirsi AliAyaan Hirsi Ali, Somalisch Nederlandse feministe, publiciste en politica.

Citaat

Herakleitos (ca. 500 v.c.) zegt: “de mensen die slapen hebben elk hun eigen wereld, de mensen die wakker zijn hebben een gemeenschappelijke wereld”. Individuele mensen beleven in hun slaap een droomwereld waarin elk zijn eigen waarheden heeft en zijn eigen belevenissen. Zodra men wakker wordt, stelt men vast dat het een begoocheling was, wat blijkt uit het feit dat de andere mensen iets anders hebben beleefd. Maar als ze wakker zijn, worden ze geconfronteerd met dezelfde zon, dezelfde huizen, dezelfde bomen, en dezelfde mensen. In de mythen beleven afzonderlijke volkeren een eigen wereld met goden, geesten, bovennatuurlijke krachten, pratende dieren, enzovoort. Bij onderling contact stellen ze vast dat de anderen totaal andere mythen hebben; het zijn als het ware groepsdromen. In de openbaringsgodsdiensten blijkt dat de aanspraak op universaliteit niet kan worden waargemaakt. We kennen een aantal wereldgodsdiensten, die allen beweren de waarheid te hebben, terwijl een gemeenschappelijke waarheid ontbreekt.

~ Etienne Vermeersch